Naar aanleiding van een nieuwsbericht van BCRG is verwarring ontstaan over de opname van zelf berekende Rc-waarden in BENG-berekeningen voor nieuwbouwwoningen. De suggestie is dat bij nieuwbouw alleen nog gebruik mag worden gemaakt van gecontroleerde kwaliteitsverklaringen van BCRG. Deze stelling klopt als het gaat om technische installaties, maar niet als het gaat om Rc-waarden van gevels, vloeren en daken. Hier geldt (evenals voor Uc- en psi-waarden) een uitzondering voor.
Omdat wij van verschillende marktpartijen vragen krijgen hoe het precies zit, leggen wij de situatie graag voor u uit.
Op pagina 22 van ISSO 82.1 (3e druk) (opnameprotocol voor nieuwbouwwoningen en woongebouwen) staat: “In het geval van een berekening ter bepaling van de Rc-waarde en/of een U-waarde volgens hoofdstuk 8 van de NTA 8800, mag worden afgeweken van de Rc-/U-waarde, genoemd in een gecontroleerde verklaring.”
Voorwaarde op deze uitzondering is dat de Rc-berekening wordt uitgevoerd (gevalideerd) door een gediplomeerde EP-W/D (detail) adviseur. ISSO 82.1 meldt op pagina 24: “In het opnameprotocol wordt gesproken over de EP-W adviseur. Als bepaalde werkzaamheden alleen door een EP-W/D mogen worden uitgevoerd, wordt er een splitsing gemaakt in het opnameprotocol. Dit is in de tekst weergegeven door de toevoeging [DETAIL].”
Een van de werkzaamheden die, zoals aangegeven, alleen door een gediplomeerde EP-W/D (DETAIL) adviseur mag worden uitgevoerd, zijn berekeningen van Rc-waarde.
Hierover staat op pagina 68 en 69 van ISSO 82.1 het volgende:
“8.2.12 [DETAIL] Berekenen van de Rc-/U-waarde met hoofdstuk 8 van de NTA 8800
[DETAIL] Niet-transparante constructies
Als de opbouw van de betreffende constructie bekend is, moet de Rc-waarde worden bepaald met hoofdstuk 8 van de NTA 8800. De volledige berekening en onderbouwing moeten worden opgenomen in het projectdossier. De eigenschappen van de verschillende materialen, waar de constructie mee is opgebouwd, moeten dan ook bekend zijn. Er kan gebruik worden gemaakt van specifieke materiaaleigenschappen, zoals vermeld in een DOP of de productspecificaties van een leverancier.”
In bijlage I op pagina 261 staat bovendien: “Indien er isolatiemateriaal gebruikt is dat is voorzien van een KOMO-attest/certificaat dient dit KOMO-attestcertificaat ook bijgevoegd te worden.”
Uit deze passages blijk dat Rc-waarden berekend mogen worden op basis van specifieke materiaaleigenschappen (λ-waarden) zoals opgenomen in gecontroleerde DOP-verklaringen, productspecificaties en/of KOMO-attesten. Mits de Rc-berekening is opgesteld door een EP-W/D adviseur.
In de praktijk worden nieuwbouwwoningen altijd door een EP-W/D adviseur opgesteld of op z’n minst gevalideerd. Immers, afmelding van de BENG-berekening voor de omgevingsvergunning en oplevering van nieuwbouwwoningen mag alleen gebeuren door een EP-W/D adviseur. Zodoende kan en mag de gedeclareerde λ-waarde van (isolatie)materialen toegepast worden in Rc- en BENG-berekeningen.
Develop Inc.
drs. ing. J. (Jourdain) J.J. Martens Gediplomeerd adviseur EP-W/D